Wat goede cider goed maakt
Drinks & Drinks zondag, 27 maart 2011Het voelde als de eerste keer dat ik een wijnproeverij bezocht. Heel veel wijn, allemaal anders, maar geen idee wat ik ervan vinden moest.
Na het CiderFestijn 2011 gisteren in Amsterdam moest ik daaraan denken. Na afloop begreep ik normale mensen weer een beetje.
Ik bedoel mensen die gewoon wijn drinken en niet zoals vakidioten onmiddellijk de Personal Winopedia Crawler aan het werk zetten, op zoek naar matches, rankings en bugs.
Asturië
Ik heb nauwelijks ervaring met cider. Mijn eerste cider dronk ik in Asturië, Spanje. De barman hief de fles hoog boven zijn hoofd. Had ik iets verkeerds gezegd? Het glas in zijn andere hand hield hij zo laag mogelijk. Toen liet hij over zijn hoofd heen de cider uit de fles in het glas kletteren. Zonder te morsen. We bestelden er nog een, want dat wilden we nog wel een keer zien.
En toen stond ik tussen de cider en poiré van Pomme d’Or, CiderCider en de Ciderwinkel. Gemaakt van appels en peren uit Normandië, Bretagne en Zuid-Engeland.
Als newbie proefde ik appelsap met prik. Soms verse, soms oude appel, had ik het idee. De ene cider was wat zoeter dan de andere, en er zijn verschillen in bitters en/of tannine, en de bubbels zijn niet dezelfde. Maar verder geen hits, de searchbot vond geen aanknopingspunten.
Niet dat de ciders die zaterdag op de proeftafels stonden allemaal hetzelfde smaakten. Integendeel. Maar waar moet je op letten bij cider? Wat maakt goede cider goed? Wat zijn de smaakvariabelen die de ene cider onderscheiden van de andere?
Appels en druiven
Vergelijken met wijn is zinloos. Een opmerking van Martijn de Wal (Pomme d’Or) was veelzeggend. Hij zei ongeveer dit: “Bij wijn proef je frambozen, vanille, paddestoelen, enzovoort, van alles en nog wat, behalve druiven. Je kunt zeggen wat je wilt over cider, maar je proeft altijd de appel en peer waarvan hij is gemaakt. Ambachtelijke cider is puur en zuiver, er worden geen kunstgrepen toegepast zoals bij de meeste wijn.”
Je leert onderscheid maken naarmate je er meer van drinkt en er meer van weet. Net als bij wijn. En bij wat niet trouwens. Dat geldt ook voor patat, blues, politici en heroïne.
Een begin is gemaakt, merkte ik zojuist. Tijdens het tikken kwam opeens heel sterk de herinnering aan een zoetzuur cideraroma boven. Het drong zich op als iets nieuws. Heel levendig, eigenlijk identiek aan de echte proefervaring van de dag ervoor. Wonderlijk zoals het smaakgeheugen werkt.
Perfecte picknickprikkel
Bij wijn had ik misschien geweten welke wijn het was die tussen mijn oren opnieuw werd uitgeschonken. Nu weet ik alleen hoe lekker ik die smaakherinnering vind.
Misschien was het de Engelse Farmhouse Cider Cornwall (Ciderwinkel), want die vond ik erg lekker, al weet ik niet meer waarom. Of het was de Pacory Poiré AOC Domfront 2009 (Pomme d’Or), want dat vond ik – samen met Zangs Cidre Brut 2009 – een van de allerlekkerste.
Pacory is floraal, romig zacht, met fijne zuren en rijk van smaak. Zangs is heerlijk zuiver, fris en dorstlessend en heeft een droge, tannineachtige afdronk waar je trek van krijgt.
Het lage alcoholpercentage is trouwens een groot voordeel in vergelijking met andere bubbeldrankjes. Vooral in de zomer lig je na een paar glazen bubbelwijn al snel apathisch in je hangmat te suffen. Cider is de perfecte picknickprikkel.